Openbare zitting van DINSDAG 23 APRIL 2024
11. Kennisname en goedkeuring van de gratis grondafstand binnen de voorgestelde rooilijn. Goedkeuring rooilijnplan OMV_2024000432: Het eigendom is gelegen te Kasterlee, 1ste afdeling, Houtum-Netestraat, sectie D nr. 163 E
De gemeenteraad,
Gelet op de omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2024000432 (interne ref. A20241) ingediend door Ingrid Biermans, Watertorenlaan 8, 2460 Kasterlee voor het verkavelen van een perceel in 4 loten voor open bebouwing en het kappen van bomen op percelen gelegen te Kasterlee, 1ste afdeling, Houtum-Netestraat, sectie D, nr. 163 E;
Gelet op artikel 40 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
Gelet op het Omgevingsvergunningsdecreet d.d. 25 april 2014, meer bepaald artikel 31;
Overwegende dat de gemeenteraad zich uitspreekt over de ligging, de breedte en de
uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein; dat
hierbij rekening wordt gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4
van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met
het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3
mei 2019 houdende de gemeentewegen (hierna verder benoemd als het decreet
gemeentewegen). De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden,
die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt;
Overwegende dat op basis van artikel 12, §2 van het decreet gemeentewegen, in afwijking van artikel 11 van dat decreet, de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, opgenomen kan worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover dit past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 85 van het decreet gemeentewegen alle gemeentelijke wegen en buurtwegen in de zin van de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen die bestaan op 1 september 2019, voor de toepassing van het decreet geacht worden een gemeenteweg te zijn;
Overwegende dat de vraag voorligt om, in functie van voornoemde omgevingsaanvraag op een perceel gelegen te Houtum en Netestraat, 1ste afdeling, sectie D, nr. 163 E, de gemeentewegen omvattende de buurtwegen nr. 9 en 54 conform de Atlas der Buurtwegen, te verbreden; dat ter hoogte van het betrokken perceel een nieuwe rooilijn wordt voorgesteld voor de gemeentewegen omvattende Houtum en Netestraat;
Gelet op het nieuwe rooilijnplan Houtum en Netestraat d.d. 30/12/2023, opgemaakt door landmeter-expert Jan Tubbeckx ter verbreding van de betrokken gemeentewegen tot op 6 meter uit de as van de bestaande wegen, zoals hierboven vermeld;
Overwegende dat het ontwerp van rooilijnplan voldoet aan de bij en krachtens het decreet gemeentewegen gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen;
Overwegende dat de voorgestelde verbredingen aansluiten bij de algemene doelstellingen van het decreet gemeentewegen, zijnde de vrijwaring en verbetering van de structuur van gemeentewegen en de samenhang en toegankelijkheid van gemeentewegen;
Overwegende dat de voorgestelde verbreding in overeenstemming is met de bepalingen van de gemeentelijke algemene stedenbouwkundige verordening;
Overwegende dat de voorgestelde verbreding van de huidige rooilijnen er voor zorgt dat er voldoende ruimte wordt gecreëerd binnen het openbaar domein om de nodige nutsvoorzieningen aan te brengen, evenals voldoende ruimte te behouden voor groene bermen;
Gelet op artikel 28, §1 decreet gemeentewegen dat bepaalt dat de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg aanleiding kan geven tot waardevermeerdering en/of waardevermindering van de gronden waarop de gemeenteweg is gesitueerd;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 47 van het Omgevingsvergunningsbeluit d.d. 27 november 2015, de gemeenteraad kennis neemt van de bezwaren, opmerkingen en standpunten ingediend tijdens het openbaar onderzoek;
Overwegende dat tijdens het openbaar onderzoek dat liep van 27/2/2024 tot en met 27/3/2024 geen bezwaarschriften werden ingediend;
Overwegende dat Fluvius als netbeheerder op 1/3/2024 een voorwaardelijk gunstig advies
heeft uitgebracht i.f.v. de uitbreiding van het laagspanningsnet;
Overwegende dat Pidpa als drinkwaterbeheerder op 21/2/2024 een gunstig advies heeft verleend; dat hieruit blijkt dat er geen uitbreiding van het distributienet vereist is in de openbare weg;
Overwegende dat Aquafin als rioolbeheerder op 29/3/2024 een voorwaardelijk gunstig advies heeft uitgebracht;
Overwegende dat Proximus als telecombeheerder op 13/3/2024 een gunstig advies heeft uitgebracht;
Overwegende dat Wyre als telecombeheerder op 26/2/2024 een voorwaardelijk gunstig advies heeft uitgebracht; dat uit dit advies blijkt dat er een netuitbreiding nodig is om de nieuwe loten aan te kunnen sluiten;
Overwegende dat de gronden gelegen, thans ten kadaster gekend onder Kasterlee, 1ste afdeling, Houtum-Netestraat, sectie D, nr. 163 E zoals aangeduid als LOT 8, LOT 9 op het plan opgemaakt door landmeter Jan Tubbeckx, met respectievelijke oppervlakte zijnde 46m² en 101m², binnen de nieuwe rooilijn vallen en dat de overdracht hiervan moet worden goedgekeurd voor openbaar nut, ter opname van de openbare wegenis in het openbaar domein van de gemeente Kasterlee;
Gelet op de omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2024000432 (interne ref. A20241) ingediend door Ingrid Biermans, Watertorenlaan 8, 2460 Kasterlee voor het verkavelen van een perceel in 4 loten voor open bebouwing en het kappen van bomen op percelen gelegen te Kasterlee, 1ste afdeling, Houtum-Netestraat, sectie D, nr. 163 E;
Gelet op artikel 40 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
Gelet op het Omgevingsvergunningsdecreet d.d. 25 april 2014, meer bepaald artikel 31;
Overwegende dat de gemeenteraad zich uitspreekt over de ligging, de breedte en de
uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein; dat
hierbij rekening wordt gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4
van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met
het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3
mei 2019 houdende de gemeentewegen (hierna verder benoemd als het decreet
gemeentewegen). De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden,
die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt;
Overwegende dat op basis van artikel 12, §2 van het decreet gemeentewegen, in afwijking van artikel 11 van dat decreet, de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, opgenomen kan worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover dit past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 85 van het decreet gemeentewegen alle gemeentelijke wegen en buurtwegen in de zin van de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen die bestaan op 1 september 2019, voor de toepassing van het decreet geacht worden een gemeenteweg te zijn;
Overwegende dat de vraag voorligt om, in functie van voornoemde omgevingsaanvraag op een perceel gelegen te Houtum en Netestraat, 1ste afdeling, sectie D, nr. 163 E, de gemeentewegen omvattende de buurtwegen nr. 9 en 54 conform de Atlas der Buurtwegen, te verbreden; dat ter hoogte van het betrokken perceel een nieuwe rooilijn wordt voorgesteld voor de gemeentewegen omvattende Houtum en Netestraat;
Gelet op het nieuwe rooilijnplan Houtum en Netestraat d.d. 30/12/2023, opgemaakt door landmeter-expert Jan Tubbeckx ter verbreding van de betrokken gemeentewegen tot op 6 meter uit de as van de bestaande wegen, zoals hierboven vermeld;
Overwegende dat het ontwerp van rooilijnplan voldoet aan de bij en krachtens het decreet gemeentewegen gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen;
Overwegende dat de voorgestelde verbredingen aansluiten bij de algemene doelstellingen van het decreet gemeentewegen, zijnde de vrijwaring en verbetering van de structuur van gemeentewegen en de samenhang en toegankelijkheid van gemeentewegen;
Overwegende dat de voorgestelde verbreding in overeenstemming is met de bepalingen van de gemeentelijke algemene stedenbouwkundige verordening;
Overwegende dat de voorgestelde verbreding van de huidige rooilijnen er voor zorgt dat er voldoende ruimte wordt gecreëerd binnen het openbaar domein om de nodige nutsvoorzieningen aan te brengen, evenals voldoende ruimte te behouden voor groene bermen;
Gelet op artikel 28, §1 decreet gemeentewegen dat bepaalt dat de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg aanleiding kan geven tot waardevermeerdering en/of waardevermindering van de gronden waarop de gemeenteweg is gesitueerd;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 47 van het Omgevingsvergunningsbeluit d.d. 27 november 2015, de gemeenteraad kennis neemt van de bezwaren, opmerkingen en standpunten ingediend tijdens het openbaar onderzoek;
Overwegende dat tijdens het openbaar onderzoek dat liep van 27/2/2024 tot en met 27/3/2024 geen bezwaarschriften werden ingediend;
Overwegende dat Fluvius als netbeheerder op 1/3/2024 een voorwaardelijk gunstig advies
heeft uitgebracht i.f.v. de uitbreiding van het laagspanningsnet;
Overwegende dat Pidpa als drinkwaterbeheerder op 21/2/2024 een gunstig advies heeft verleend; dat hieruit blijkt dat er geen uitbreiding van het distributienet vereist is in de openbare weg;
Overwegende dat Aquafin als rioolbeheerder op 29/3/2024 een voorwaardelijk gunstig advies heeft uitgebracht;
Overwegende dat Proximus als telecombeheerder op 13/3/2024 een gunstig advies heeft uitgebracht;
Overwegende dat Wyre als telecombeheerder op 26/2/2024 een voorwaardelijk gunstig advies heeft uitgebracht; dat uit dit advies blijkt dat er een netuitbreiding nodig is om de nieuwe loten aan te kunnen sluiten;
Overwegende dat de gronden gelegen, thans ten kadaster gekend onder Kasterlee, 1ste afdeling, Houtum-Netestraat, sectie D, nr. 163 E zoals aangeduid als LOT 8, LOT 9 op het plan opgemaakt door landmeter Jan Tubbeckx, met respectievelijke oppervlakte zijnde 46m² en 101m², binnen de nieuwe rooilijn vallen en dat de overdracht hiervan moet worden goedgekeurd voor openbaar nut, ter opname van de openbare wegenis in het openbaar domein van de gemeente Kasterlee;
BESLIST:
eenparig.
Artikel 1 - goedkeuring te hechten aan het rooilijnplan zoals opgemaakt door landmeter Jan Tubbeckx, dat deel uitmaakt van de omgevingsaanvraag OMV_2024000432.
Art. 2 - De kosteloze overdracht van de gronden gelegen binnen de nieuwe rooilijnen, thans ten kadaster gekend onder Kasterlee, 1ste afdeling, Houtum, Netestraat, sectie D, nr. 163 E, zoals aangeduid als LOT 8 en LOT 9 op het plan opgemaakt door landmeter Jan Tubbeckx, met respectievelijke oppervlaktes zijnde 46m² en 101m², wordt goedgekeurd voor openbaar nut, ter opname van de openbare wegenis in het openbaar domein van de gemeente Kasterlee. Deze kosteloze overdracht moet door de vergunningverlenende overheid als last worden opgenomen.
Art. 3 - Aan het college van burgemeester en schepenen opdracht te geven alles te doen wat nodig mocht blijken tot uitvoering van dit besluit. De voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur worden gemachtigd om de akte en alle erop betrekking hebbende stukken namens de gemeente Kasterlee te ondertekenen.
Art. 4 - Alle kosten verbonden aan deze overdracht, inclusief aktekosten, zijn ten laste van de bouwheer.
Art. 5 - Deze overdracht wordt in hoofde van de gemeente aanvaard onder de bindende voorwaarde van het bekomen van de goedkeuring door haar toezichthoudende overheden te weten: het niet-uitoefenen van het gewoon administratief toezicht (schorsing- en vernietigingsbevoegdheid).
Art. 6 - Overeenkomstig art. 31/1 van het omgevingsvergunningsdecreet kan tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering door de personen of instanties, vermeld in artikel 53 van dat decreet. De vereiste, vermeld in artikel 53, tweede lid van dat decreet, is ook van toepassing op het beroep tegen het besluit van de gemeenteraad.
Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid met een beveiligde zending ingediend bij de Vlaamse Regering binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat op:
1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;
3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.
De indiener van het beroep bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig met de beveiligde zending van het beroep aan de Vlaamse Regering, een afschrift van het beroepschrift met ene beveiligde zending aan het college van burgemeester en schepenen en aan de bevoegde beroepsinstantie, vermeld in artikel 52 van het decreet.